Jan Ham: “Ik heb de afgelopen jaren veel met de overheden samengewerkt. Ik zie een duidelijke tweedeling in type ambtenaar. Er zijn de ouddenkers en de nieuwdenkers. De ouddenkers zijn de remmers in vaste dienst. De nieuwe denkers willen wel, zijn ontwikkelingsgericht. Zolang die oude denkers er zijn, moet je niet te veel verwachten van de overheid en zul je altijd tegenwerking ondervinden. Daar moet je dan ook niet te veel tijd aan verspillen, maar vooral zelf aan de slag gaan.” Dergelijke situaties blijken in de praktijk moeilijk te doorbreken. De tekening op pagina 49 verduidelijkt dat. Alleen wat binnen het formele perspectief van de overheid (gebied A) past heeft betekenis. Innovaties die daar niet in passen, zijn in beginsel betekenisloos voor de overheid. De eisen die we aan de totstandkoming en uitvoering van overheidsbeleid stellen, verhinderen dat de overheid dergelijke initiatieven ondersteunt. Nieuw beleid moet worden ingepast in bestaande beleidskaders en mag er in ieder geval niet mee in strijd zijn. Ook wijzigingen van eenmaal vastgesteld beleid zijn niet eenvoudig. Vaak moeten overgangsbepalingen worden opgesteld die ook weer aan allerlei voorwaarden moeten voldoen. Zo hebben we een systeem geschapen dat gaandeweg in zichzelf verstrikt is geraakt. Veel regels, veel overheid, maar toch burgers die ontevreden zijn. Een overheid die zich vooral met zichzelf bezighoudt in plaats van met maatschappelijke problemen, zo is het beeld bij veel burgers. Ontganiseren 58 Pagina 59

Pagina 61

Heeft u een clubblad, invender of digi gidsen? Gebruik Online Touch: pdf bladerbaar maken.

507 Lees publicatie 186Home


You need flash player to view this online publication