over allerlei mogelijke risico. In de bijeenkomst werden al die vragen geïnventariseerd. Daarbij werden de mensen bevestigd dat de vragen gerechtvaardigd waren en dat hoewel nog niet alle vragen op dat moment beantwoord konden worden, ze in het haalbaarheidsonderzoek meegenomen zouden worden. Er was ook ruimte voor emotie. Een boze wijkbewoner zei: ‘Mijn core business is oud worden en hier ben ik te oud voor.’ Wat uiteindelijk heel belangrijk is geweest in de communicatie is dat het projectteam op dat moment geen toestemming vroeg voor overname, maar om instemming met grondig vervolgonderzoek, een echt haalbaarheidsonderzoek, waarbij de uitkomst daarvan in het ongewisse werd gelaten. Sterker nog, er werd door het projectteam erkend dat de uitkomst van het haalbaarheidsonderzoek zou kunnen zijn: dit moeten we niet doen samen. Tevens werd de oproep gedaan om bij het haalbaarheidsonderzoek betrokken te zijn, om de vele vragen samen te beantwoorden. Door deze opstelling werd momentum gecreëerd voor de oprichting van de ontwikkelingsvereniging, de VOEW. Oprichtingsbijeenkomst VOEW januari 2008 werd van afgezien, en dat is cruciaal geweest om de mogelijkheid open te houden van een onverwachte en ongewenste negatieve uitkomst van het haalbaarheidsonderzoek. Het hield de focus van wijkbewoners gericht op de onderzoeksfase waarin het initiatief op dat moment was, en weg bij het verlangen naar de vervolgfase. Bewoners konden lid van de VOEW worden voor €7,50 per jaar, en deelnemen in werkgroepen: organisatieontwikkeling, financiën, techniek en communicatie. Niet alleen voorstanders van het initiatief werden lid van de vereniging, maar ook bewoners die heel erg sceptisch waren over de haalbaarheid ervan. In de VOEW, die als snel 68 leden telde, was heel veel kritische massa gebundeld. Ongeveer twintig bewoners werden actief in de werkgroepen, en de algemene bijeenkomsten die met een frequentie van eens per maand werden georganiseerd waren steeds ongeveer vijfentwintig mensen aanwezig om de vorderingen van de verschillende werkgroepen te delen. Clash tussen wijkbestuur en projectteam in maart 2008 De wijkbijeenkomst had duidelijk gemaakt dat er nog onvoldoende draagvlak was in de wijk voor overname van het warmtenet. Vitens hield druk op de ketel en wilde op 1 juli 2009 het warmtenet kunnen overdragen. Het projectteam besloot het proces te versnellen door een ontwikkelingsvereniging voor de exploitatie van het warmtenet op te richten, met als enige doel om een haalbaarheidsonderzoek uit te voeren. Dit doel werd niet door iedereen gedeeld, want een deel van de bewoners wilde het doel verruimen tot het oprichten van een lokaal duurzaam energiebedrijf. Daar De communicatie tussen het wijkbestuur en het projectteam verliep moeizaam. Dat had verschillende redenen, maar allereerst een formele. De vraag voor het wijkbestuur was namelijk wie verantwoordelijk was voor het initiatief. De Bewonersvereniging was formeel contractpartner in de raamovereenkomst warmtevoorziening, en het BEL-bestuur had het verzoek van Vitens in eerste instantie bij de Werkgroep Energie en Installaties neergelegd. Het wijkbestuur had de werkgroep een mandaat gegeven om de mogelijkheden te verkennen, maar zij voelden zich wel eindverantwoordelijk. Die verantwoordelijkheid werd ook bevestigd omdat Vitens wilde dat de contractpartners in de raamovereenkomst een intentieverklaring zouden ondertekenen. Het wijkbestuur moest dus een positie innemen, wetend dat de wijk verdeeld was, en zonder zelf de regie in handen te hebben. Het wijkbestuur werd hier nerveus van. Een aantal bestuurders is er inhoudelijk flink ingedoken, wat leidde tot stevige onderhandelingen met het projectteam over het programma van 34 Pagina 39

Pagina 41

Interactieve digitale relatiemagazine, deze drukwerk of onderwijscatalogus is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het online op uw website plaatsen van online tijdschriften.

426 Lees publicatie 121Home


You need flash player to view this online publication