• De mesofiele fase. Door de biologische activiteit van de mesofiele organismen zal in een nieuw compostbed de temperatuur snel stijgen. De makkelijk afbreekbare bestanddelen als eiwitten worden omgezet. • De thermofiele fase. Als de temperatuur blijft stijgen zullen de mesofiele organismen vervangen worden door thermofiele organismen. Bacteriën zetten de overige eiwitten en de vetten om terwijl de schimmels de hemicellulose en de cellulose afbreken. • De afkoelingsfase. Wanneer de temperatuur weer zakt zullen de mesofiele schimmels actief worden en de overgebleven cellulose afbreken (Kreuk, 1997). • De rijpingsfase. Tenslotte bereikt de compost de omgevingstemperatuur en komen de omzettingen vrijwel stil te liggen. Dit wordt de rijpingsfase genoemd. Naast de nuttig werkzame micro-organisme kunnen ook ziekteverwekkers als bacteriën, parasieten, aaltjes, schimmels en virussen en onkruidzaden in het te composteren materiaal aanwezig zijn. Aangezien zij meestal niet de hoge temperaturen kunnen doorstaan zal compostering een zuiverende werking hebben. Dit kan van belang zijn i.r.t. uiergezondheid. In het ontstaan van mastitis (uierontsteking) spelen bacteriën een belangrijke rol. Door de hoge temperaturen worden de bacteriën gedood en wordt de kans op infectie verkleind. Van belang is hierbij wel dat al het materiaal deze temperatuur bereikt. De buitenkant van de compostbedding is namelijk aanmerkelijk koeler dan de kern van de bedding. In het algemeen kan worden gesteld dat wanneer alle compost minimaal 2 dagen op een temperatuur boven de 60 oC is geweest de compost gezuiverd is van ziektekiemen. Porositeit, deeltjesgrootte en bulkdichtheid Deze drie fysische eigenschappen van een compostbeding spelen een rol in de zuurstoftoevoer. De benodigde beluchting hangt af van de zuurstofvraag voor de afbraak van organische stof en de luchtbehoefte voor warmte- en vochtverwijdering. De aanvoer van lucht kan geforceerd of natuurlijk plaatsvinden. Bulkdichtheid is de totale massa van de vaste delen en het vocht in de ruimten daartussen gedeeld door het ingenomen volume. Porositeit is de ruimte die niet ingenomen wordt door vaste deeltjes uitgedrukt in een percentage van het totale volume. Deze ruimte kan gevuld worden met water of met lucht. Door deze ruimten vindt de natuurlijk of geforceerde beluchting plaats. Het blijkt dat porositeit de belangrijkste parameter is die natuurlijke convectie bepaald (Hamelers, 1998). Porositeit is ook bepalend voor diffusiesnelheid van zuurstof in de compostbedding. Deze wordt verder bepaald door de grootte en vorm van de poriën die weer afhankelijk is van de deeltjesgrootte en -vorm. Stapeling van veel kleine deeltjes betekent een lagere permeabiliteit dan stapeling van weinig grote deeltjes terwijl de porositeit ongeveer gelijk kan zijn (zie Tabel 4). Tabel 4: Verhouding tussen porositeit, permeabiliteit en convectiesnelheid (bron: Hamelers, 1998). Materiaal Porositeit Dimensie deeltjes [cm] Houtchips Zaagsel 0,63 0,67 2x2x0,4 0,2x0, 01x0,01 Permeabiliteit [m4.s-1.N-1] 0,035 0,001 Conventiesnelheid[m.s-1] 0,043 0,013 Afhankelijk van de samenstelling van het te composteren materiaal neemt de porositeit onder in de compostbedding af. Ook gedurende de compostering kan de porositeit afnemen, als gevolg van de afbraak van organische stof. Vooral bij extensieve compostering is de luchtdoorlatendheid de belangrijkste factor voor het slagen van het composteringsproces. Omdat de compost slechts af en toe wordt omgezet moet de luchtdoorlatendheid gedurende een langere tijd voldoende zijn. Vooral onder in de bedding neemt de dichtheid gedurende de compostering door inklinking van het materiaal toe. Door een compostrug niet hoger te maken dan 1-1,5 meter wordt voorkomen dat onderin de 39 Pagina 38

Pagina 40

Scoor meer met een e-commerce shop in uw gidsen. Velen gingen u voor en publiceerden presentaties online.

328 Lees publicatie 100Home


You need flash player to view this online publication