2.3.8 Offshore Patrol Vessel 19 Offshore Patrol Vessels (OPV’s) worden door de overheid ingezet voor inspectie- en handhavingstaken. Zeegaande patrouillevaartuigen hebben een lengte vanaf zo’n 30 meter tot meer dan 80 meter, met snelheden van circa 17 tot 25 knopen. De schepen worden ingezet voor tal van taken, waaronder: opsporing en redding, rampen- en incidentbestrijding, ruimen van explosieven, algemene politietaken, douanetoezicht, toezicht op milieu, visserij, scheepvaartverkeer, mijnbouwactiviteiten op de Noordzee en grensbewaking. Een belangrijke parameter voor een OPV is de mogelijkheid om snel één of meerdere RIB’s te lanceren voor boardingoperaties. Rigid Inflatable Boats (RIB’s) zijn snelle opblaasbare boten met een bodem van aluminium of polyester. Rondom deze bodem zit een dikke, luchtgevulde rand. De combinatie van een sterke romp, een laag gewicht en grote motoren maakt een RIB tot een zeewaardige en wendbare speedboat. RIB’s zijn soms wel 10 meter lang en 3 meter breed, en bereiken snelheden van meer dan 40 knopen. Een voorbeeld van een middelgroot OPV is de Barend Biesheuvel van de Nederlandse Kustwacht gebouwd door Damen Shipyards. Het schip heeft een lengte van 61 meter, een breedte van ruim 11 meter en een accommodatie voor 17 personen. Het schip heeft een dieselelektrische voortstuwing met twee generatorsets en een totaal-vermogen van 3500 kW, goed voor een snelheid van 17 knopen. Bovendien kan deze OPV met davits snel twee RIB’s lanceren. Pagina 28
Pagina 30Interactieve e-relatiemagazine, deze publicatie of uitgave is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het digitaal bladerbaar publiceren van digitale lesmateriaal.
611 Lees publicatie 251Home