product-markt-technologie-combinaties. Thompson (1965) ziet innovatie als het gaat om nieuwe ideeën, processen, goederen en diensten. En Stanton (1971) definieert het nog breder: alles wat als nieuw wordt ervaren (een idee, een product, wat dan ook). Tot slot verschillen de meningen over hoe een innovatie tot stand komt: bewust of onbewust. Zo zie je dat een aantal auteurs alleen spreekt over innovatie als het om een gerichte en doelbewuste verandering gaat. Dit om een onderscheid te maken met veranderingen die buiten de invloed van de mens tot stand komen en per ongeluk tot stand komen, bijv. biologische mutaties (Oudmaijer, 2005). Anderen, zoals Oskamp (2009), maken een onderscheid tussen doelbewuste innovatie en spontane innovatie. “Doelbewust” betekent hier het gericht ontwikkelen van iets nieuws, terwijl spontane innovatie betrekking heeft op iets nieuws wat komt bovendrijven. Gezien al deze verschillen is het in elk onderzoek belangrijk hoe deze verschillende punten geïnterpreteerd worden. In dit onderzoek is dit als volgt: • Object: Gezien de probleembeschrijving, namelijk de beperkte innovatie in goederen en diensten, ligt de focus van dit onderzoek • Gezichtspunt: Focus van dit onderzoek zijn de bedrijven. We zien innovatie dan ook vanuit het perspectief van het bedrijf. op productinnovatie. • Mate en tijdsbestek. Dit kan zowel gradueel of sprongsgewijs tot stand zijn gekomen, maar we beperken het tijdsbestek van invoe• Doelgerichtheid: Vernieuwingen kunnen in dit onderzoek zowel spontaan als doelbewust zijn. ring van de vernieuwing tot enkele jaren. Samengevat betekent dit dat innovatie in dit onderzoek betekent: Voor het bedrijf nieuwe en/of vernieuwde producten die in de afgelopen jaren op de markt zijn gebracht en/of die gepland zijn de komende jaren op de markt gebracht te worden, ongeacht hoe deze nieuwe of vernieuwde producten tot stand zijn gekomen. Risico en onzekerheid “Risico” en “onzekerheid” zijn termen die vaak gebruikt worden, maar niet altijd in dezelfde betekenis. Voor dit onderzoek maken we gebruik van de termen zoals ze vaak in het dagelijkse taalgebruik worden gehanteerd. In dit taalgebruik staat “risico” vaak voor “iets wat mogelijk een negatief gevolg kan hebben”. “Risico nemen” betekent dan een beslissing nemen die mogelijk tot een slecht gevolg kan leiden. Onzekerheid wordt in het dagelijkse taalgebruik vooral gebruikt in de zin van “niet zeker zijn”. Risico is dan eigenlijk onzekerheid met een negatief gevolg. Zonder onzekerheid geen risico. Maar niet elke onzekerheid is een risico. Je kunt immers onzeker over iets zijn zonder dat dit per se tot een negatief iets hoeft te leiden. In een van de eerste definities van “ondernemerschap” (voor zover bekend) uit de achttiende eeuw komen risico en onzekerheid prominent naar voren: Richard Cantillon (een Iers econoom die in Frankrijk 17 • Tijdstip: We interpreteren “innovatie” als een vernieuwing die gerealiseerd is of als er plannen zijn iets concreet te realiseren. Pagina 28

Pagina 30

Scoor meer met een online winkel in uw vakbladen. Velen gingen u voor en publiceerden maandbladen online.

558 Lees publicatie 222Home


You need flash player to view this online publication