8 Heeft agrarisch natuurbeheer toekomst? Landbouw en natuur leken ooit samen te vallen; lange tijd bestond er een vanzelfsprekend verbond. Dat verbond moet nu nietig worden verklaard. Landbouw is de grootste bedreiging van de biodiversiteit op aarde geworden. Het onder één noemer brengen van de agrarische sector en natuurbelangen is een zoveelste hardnekkig idool. Met heel veel andere functies dan landbouw kan natuur bij nader inzien veel beter samengaan. De relatie van de mens met voedselproductie is desalniettemin een essentieel onderdeel van een naturalistisch perspectief. In 2009 hield Cees Veerman de jaarlijkse Westhoff-lezing. Charmant als altijd verwees hij naar het belang van zachte waarden en de weemoed die hoort bij het verdwijnen van oude patronen en culturen. Desalniettemin was zijn boodschap scherp: de landbouw heeft voor het landschap weinig meer te bieden en voor de natuur niets. Hij hield een helder pleidooi voor het scheiden van landbouw en natuur: intensieve teelten op agroproductieparken, natuur in de Ecologische Hoofdstructuur en landschap in de nationale landschappen. Wij beleven het einde van de agrarische geschiedenis: boeren in traditionele zin bestaan niet meer, landbouw produceert op industriële wijze voedsel voor de wereldmarkt. De Engelse taal kent twee woorden voor ‘boer’. De uitstervende peasants produce140 ren voor zichzelf, om te overleven. Farmers produceren voor een markt, en dat is in Nederland doorgaans voor de wereldmarkt. Intussen is in de landbouw nog een derde begrip nodig: industrial. In Nederland wordt inmiddels tachtig procent van het agrarisch inkomen verdiend op twintig procent van het oppervlak. Het gaat dan vooral om bio-industrie en glastuinbouw. Deze hebben nauwelijks nog een relatie met het producerend vermogen van de grond. De opschaling is ook daar nog niet ten einde. De grondgebonden bedrijven (akkerbouw en melkveehouderij) zijn nog wel farmers te noemen, maar ook zij zijn in hoog tempo aan het opschalen. Akkerbouwbedrijven gaan naar de honderden hectares, melkveehouders moeten honderden en binnenkort wel duizend koeien houden om de concurrentie aan te kunnen. Er zijn natuurlijk veel boeren die anders zouden willen, maar kleinschaligheid en extensivering komen neer op marginalisering en uiteindelijk op finalisering van bedrijven. Alleen bij een extreme verlaging van de grondlasten is het voor boeren op langere termijn haalbaar om zo extensief te produceren dat er ruimte is voor biodiversiteit op de percelen. Dat betekent ook dat de vergoedingen voor agrarisch natuurbeheer zo hoog moeten zijn dat die het wegvallen van het grootste deel van het producerend vermogen moeten compenseren. Vervolgens is dan de vraag of dat een efficiënte inzet van publieke middelen is en of met die middelen niet veel meer bereikt kan worden in natuurgebied. Uit onderzoek komt het beeld naar voren dat agrarisch natuurbeheer duurder is dan beheer door grote terreinbeheerders, minder stabiel is, minder toegankelijk voor de burger en dat de resultaten van agrarisch natuurbeheer uiterst mager zijn. Net als voor veel andere Nederlanders valt het mij zwaar om afscheid te nemen van het idee dat landbouw en natuur samengaan. Na dertig jaar te hebben gezocht naar mogelijkheden om ze 141 Pagina 71
Pagina 73Voor verenigingsbladen, online artikelen en relatiemagazines zie het Online Touch CMS systeem. Met de mogelijkheid voor een webshop in uw vaktijdschriften.
546 Lees publicatie 216Home