maar verbleven ze erin. Het waren een soort supermensen met uitvergrotingen van menselijke trekken, en zeker geen morele bakens. Met het ontstaan van monotheïstische religies begon de rigou3 Is de natuur onttoverd of zijn we volwassen geworden? Onttovering is het derde idool. Inzicht in de aard van vervreemding en de vernietiging van soorten geeft zicht op nieuwe perspectieven. Inzicht in de aard van de onttovering kan de kiemcel zijn van nieuwe vormen van betovering. Er zijn nieuwe vormen van betovering denkbaar die niet zweverig of kinderlijk zijn maar die passen in een volwassen relatie met de natuur, in een naturalistisch perspectief. We hebben gezien dat de ontwikkeling van de relatie mens-natuur in praktische zin heel complex was. De ontwikkeling van de relatie mens-natuur in spirituele zin is mogelijk complexer. In het Westen zien we een hoofdstroom waarin de natuur werd ontgoddelijkt, gedemysticifeerd en onttoverd. Het wereldbeeld mechaniseerde en verzakelijkte. Tegelijk waren er ook altijd tegenbewegingen: mensen die God als immanent zagen, romantici op zoek naar een begeesterde natuur en new-age-achtige groepen die nieuwe vormen van spiritualiteit zochten. In voorchristelijke tijden manifesteren goden zich op velerlei manieren in de natuur: in natuurverschijnselen, in hemellichamen, in dieren en heilige bomen. De machten en krachten dwongen respect af, misschien dankbaarheid, maar zeker ook angst. Bij de Grieken vielen de goden al niet meer samen met de natuur, 102 reuze onttovering van de natuur. De natuur was immers een schepping van God waar niets geheimzinnigs aan was. De wereld en de natuur waren er om in cultuur te brengen. Al vanaf de eerste eeuwen na Christus zochten gelovigen God in de natuur. Vroegmiddeleeuwse Ierse monniken waren in die zoektocht bijzonder gedreven. Ze zochten de meest eenzame plekken op en schreven er lyrische poëzie over. Franciscus van Assisi had een warme relatie met zijn medeschepselen. Voor Spinoza, die niet uit een christelijke maar Joodse traditie kwam, vielen God en de natuur samen. Teilhard de Chardin is een voorbeeld van een meer recente denker in de christelijke traditie die een minder scherpe scheiding ziet. Ook in joodse en islamitische tradities komen scholen en individuen voor die meer mystieke opvattingen hebben, maar de hoofdlijn van de abrahamitische religies is de gedachte dat de door God geschapen natuur er is om door de mens te worden benut. In de Renaissance gingen mensen de wereld verkennen. Daarvoor werd het aardse geassocieerd met chaos en het rijk van de duivel. Aardse genoegens waren een nutteloze afleiding van een bestaan dat op God gericht zou moeten zijn. De wereld wordt steeds meer een niet-religieus, te onderzoeken object. In de schilderkunst komt de mens vanaf de Renaissance in het landschap te staan, alsof hij dan pas op aarde is geboren en ervan mag genieten. In de zeventiende eeuw worden landgoederen en buitenverblijven populair bij stedelijke elite. Met de wetenschappelijke revolutie begon in het Westen een traditie die het dualisme van God en wereld als uitgangspunt nam en verder versterkte. De wereld is te kennen met wetenschappe103 Pagina 52

Pagina 54

Interactieve web folder, deze tijdschrift of lesboek is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het bladerbaar maken van internet onderwijsmagazines.

546 Lees publicatie 216Home


You need flash player to view this online publication