18 4.2 Het sluiten van de nutriëntenkringloop De huidige praktijk van de Nederlandse visteeltrecirculatiesystemen komt erop neer dat nuttige voedingsstoffen worden omgezet in bacteriemassa (met name N en P) of worden afgevoerd naar de atmosfeer (N2 en CO2) en het riool (effluent van de trommelfilters/platenbezinkers). In de meeste gevallen worden de vaste reststoffen wel benut als meststof voor akker- en/of grasland. Verbetering van de duurzaamheid van visteeltrecirculatiesystemen wordt gezocht in twee richtingen: 1. Technische verbeteringen van het systeemontwerp. 2. Hergebruik van nutriënten met geïntegreerde teelt (Martins et al., 2010). In het concept van geïntegreerde teelt wordt ernaar gestreefd om: • De nuttige voedingsstoffen om te zetten in nuttige oogstbare (tussen)producten. • De lozing van systeemwater tot nul te reduceren (zero discharge). Visvoer wordt omgezet in visbiomassa, opgeloste reststoffen (excretie) en vaste reststoffen. Schneider (2006) heeft voor tilapia de volgende getallen gerangschikt: Voer (g/kg) N N P 72 44 12 Tabel 1: Nutriëntenstromen in een tilapiarecirculatiesysteem. Opname vis (g/kg) 32 (44%) 21 (48%) 8 (67%) Excretie (g/kg) (opgeloste stof) 26 (36%) 14 (32%) 0 Mest (g/kg) 14 (20%) 9 (20%) 4 (33%) De hoeveelheden nutriënten die worden opgenomen en worden uitgescheiden door de vis zijn afhankelijk van verschillende factoren, zoals: • Voersamenstelling, • Vissoort, • Visgrootte, • Waterkwaliteit. In het concept Nutri-hof gaan we uit van de volgende getallen: N-voer: 60 g/kg N-opname vis: 46% = 27,6 g/kg voer N-excretie: 34% = 20,4 g/kg voer N-mest: (20%) = 12,0 g/kg voer Schneider (2006) heeft in het kader van het onderzoek naar Zero discharge Aquaculture by Farming in Integrated Recirculating Pagina 28

Pagina 30

Voor relatiemagazines, online tijdschriften en vaktijdschriften zie het Online Touch beheersysteem systeem. Met de mogelijkheid voor een web winkel in uw edities.

543 Lees publicatie 211Home


You need flash player to view this online publication