44 elk motief de logische actoren en wat zijn de inherent aan dat motief verbonden problemen? We beginnen met deze laatste vragen. 5.1 Motieven, inherente problemen en actoren Vraagstukken worden vaak uiteengelegd in de onderdelen waarom, wat, wie en hoe, in die volgorde. Over de waarom-vraag is hier het een en ander geschreven: de drie motieven. Ook over de wat-vraag, bijvoorbeeld welke doelen horen daarbij en welke problemen kom je dan tegen. Het essay geeft een, nog voor discussie vatbare, voorlopige indicatie van een antwoord op de wie-vraag. Aan de hoe-vraag kom ik in dit essay nauwelijks toe. In de voorgaande paragrafen zijn de onderscheiden motieven beschreven en is aangegeven wat de belangrijkste obstakels zijn om de bijbehorende doelen te bereiken. Voor natuur als erfgoed is dat de operationalisering van de doelen, voor natuur als kapitaalgoed is dat de slechte beheersbaarheid van de natuur als machine en voor natuur als consumptiegoed is dat de grote variëteit in behoeften, voorkeuren en in de mate van aanvaarding van overlast en gevaren. Aan het eind van de betreffende paragrafen is steeds aandacht geschonken aan een richtlijn voor handelen. Geprobeerd is motief, de inherente problemen en actoren te koppelen. Onderstaand schema vat dit op hoofdlijnen samen. Motief Natuur als erfgoed - NaE Inherent probleem Hoofdprobleem: het operationaliseren van de doelen, want • Soorten tellen is ondoenlijk en zinloos. • Gangbare biodiversiteitsdefinities zijn gebrekkig. • Bij de ‘oplossing’ het richten op condities in plaats van soorten (behoud leefgebieden en, waar niet mogelijk, bevordering natuurlijke processen) komen bovenstaande problemen deels weer terug. Conclusie: (1) Geen absolute doelen te formuleren. Voortschrijdend inzicht kan doelen veranderen. Eerder inspanningsverplichting dan resultaatverplichting. (2) ‘Ecologische voetafdruk’ interessant aangrijpingspunt. Probleem is hier wel het ingrijpen in de consumptievrijheid. Consumptiegedrag überhaupt moeilijk te beïnvloeden (vgl. autorijden, vlees eten). Natuur als kapitaalgoed -NaK Hoofdprobleem: onbetrouwbaarheid van natuur, want • Natuur is slechter beheersbaar dan zelfontworpen kapitaalgoederen. Bovendien is de werking van natuurlijke processen nog lang niet doorgrond. Actoren Internationale instituties (IUCN, WHO, EU, VN, FAO, etc.). Internationale conferenties en verdragen. Rijksoverheid (spilfunctie tussen boven- en onderstaande). Natuurbeherende organisaties (incl. private partijen en decentrale overheden). • Natuur is grillig en tot op zekere hoogte onvoorspelbaar. Conclusie: Er is een breed scala aan potentiële baten, maar deze moeten steeds tegen de economische nadelen worden afgewogen. Dit vraagt decentrale besluitvorming, experimenteerruimte en innovatie (bijv. bij agrariërs). Bedrijven, waaronder ook uitdrukkelijk landbouwbedrijven. (Rijks)overheid heeft slechts een stimulerende en voorwaarden-scheppende rol, behalve waar zij als ondernemer of directe opdrachtgever optreedt (bijv. bij infrastructurele werken) Pagina 51

Pagina 53

Interactieve eboek, deze gids of magazine is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het van papier naar online converteren van digitale kranten.

538 Lees publicatie 209Home


You need flash player to view this online publication