36 waar de grens ligt tussen substituut en surrogaat. Of beter: wat als surrogaat wordt ervaren. Dit laatste is puur subjectief, afhankelijk van de persoon, en de tijd en cultuur waarin men leeft. Absolute uitspraken hierover lijken mij niet mogelijk, maar het mag duidelijk zijn dat substitutie van natuur als consumptiegoed tegen grenzen aanloopt. Substitutie is overigens ook denkbaar tussen verschillende soorten natuur of natuurlandschappen. De rust en privacy die men zoekt in een bos, zijn ook te vinden op open water. In het hierboven aangehaalde rapport ‘Natuur als consumptiegoed’ van Luttik et al. uit 1999 wordt een lijstje gegeven van behoeften die door ervaringen in de natuur worden bevredigd en de mogelijke substitutiemogelijkheden. Het aardige is dat in dat onderzoek ook geprobeerd is bepaalde behoeften te koppelen aan bepaalde in Nederland voorkomende landschappen. Geïnterviewden is gevraagd om bij instemming met een bepaalde uitspraak (bijv. ‘Natuur boezemt mij ontzag in’), één of enkele van de 26 bijgeleverde landschapsfoto’s te selecteren die het beste bij die uitspraak past (bijv. de zee). Om de zaak nog ingewikkelder te maken kan dezelfde natuur aan geheel verschillende behoeften appelleren al naar gelang de omstandigheden. Zo vervult het strand op een zomerse dag een heel andere behoefte, en spreekt een heel andere consument aan, dan datzelfde strand tijdens een novemberstorm. 4.3 Angst en ongerief Natuur als consumptiegoed moet ter plekke worden geconsumeerd om er ten volle van te genieten. Een documentaire over koningspinguins op Antarctica, hoe mooi gemaakt ook, geeft niet hetzelfde gevoel als rondwandelen in de kou tussen echte pinguïns op echt ijs. Algemeen geformuleerd is de natuur als consumptiegoed pas effectief als het toegankelijk en bereikbaar is. Bij voorkeur in de buurt dus. En via directe aanraking. Het betekent dat we de natuur die we in de afgelopen eeuwen met succes hebben gecultiveerd en naar het platteland, en verder, hebben verbannen, weer dichter bij huis of zelfs in de stad willen kunnen ervaren. En als we de natuur onze woonomgeving in halen, krijgen we de kwade kanten er ongevraagd bij. Welke dit zijn wordt snel duidelijk als men de gevaren beziet uit het verleden of, op dit moment, in gebieden van de wereld die minder welvarend en minder geordend en ingericht zijn dan Nederland. Te noemen valt (ik beperk me tot Nederland): • Ziekten overgebracht door wilde dieren op mensen. Bijv. de ziekte van Lyme via teken of allergische reacties door insectenbeten (er is • Plaagsoorten en andere soorten die overlast veroorzaken. Zoals wildvraat (onder meer door onthekking), ganzen in vliegtuigmotoeen lange, vrij gruwelijke lijst samen te stellen). ren, onkruidverspreiding door botanisch akkerrandbeheer, hooikoortsplanten, overstromingsrisico’s door het minder snel afvoeren Pagina 43
Pagina 45Heeft u een nieuwsbrief, nxtbook of digi-flyers? Gebruik Online Touch: magazine van pdf naar online converteren.
538 Lees publicatie 209Home