EENS VINEX, ALTIJD VINEX betekenisloosheid. De visie echter dat we sámen met plaatsen en gebouwen in het zelfde schuitje zitten dat zich vormt door de interactie tussen mensen en gebieden, is een aanknopingspunt met perspectief. Eerst iets over de dreigende impasses van de traditionele planologie. Planologie is een uitgesproken Nederlandse discipline. Equivalenten in andere taalgebieden bestaan nauwelijks.11 Misschien is dat niet toevallig: plano betekent immers zoveel als vlak; een planologie van de Alpen ligt daarmee niet meteen voor de hand. Bijna zou je op de gedachte komen dat deze platheid van het Hollandse laagland er de oorzaak van is dat we streven (opnieuw chargeren we) naar een een-op-eenrelatie van tekentafel en gebied. En dat we daarbij een perfectie beogen die neigt naar permanentie en eeuwigheid: eens vinex, altijd vinex; eens stedelijk, altijd stedelijk; eens natuur, altijd natuur. Alsof hier de volksaard van het ‘ik worstel en kom boven’ doorklinkt: wat eenmaal als land veilig is gesteld, moet land blijven. Misschien stuiten we hier zelfs op een grondlaag van de poldercultuur, namelijk dat het polderen gericht is op het bereiken van altijdblijvende structuren (met inbegrip van het polderen zelf). Omgekeerd kan dit de Nederlandse fascinatie voor natuurontwikkeling verklaren: percelen waarop de natuur haar gang mag gang – maar denk eraan: wel binnen vastgestelde grenzen en structuren! Het impliciete plaatsbegrip van deze planologische attitude is als volgt te typeren: Plaats = fysieke aanwezigheid – Een plaats is een duidelijk omlijnde en heldere aanwezigheid in de fysieke ruimte. 11 In Duitsland heeft men het over Städtebau, in het Engelse taalgebied komt urban of regional planning in de buurt. 32 Pagina 33
Pagina 35Heeft u een reisgids, online publisher of online handleidingen? Gebruik Online Touch: krant digitaal maken.
515 Lees publicatie 192Home