BLINDHEID 3 In-de-wereld-zijn Het vermoeden ontstaat dat de raadselachtigheid van de ruimte samenhangt met het feit dat de mens door de vormgeving van plaatsen bewust en onbewust ook zichzelf schept. Iedere planologie zou daarmee tevens gaan over de inrichting van de menselijke geest. We doen iets met de buitenwereld, maar zien vaak niet dat er daardoor tevens iets gebeurt met onze binnenwereld. Het vermoeden dat dit voor de planologische incrowd wennen is of zelfs weerstand oproept, geeft aan dat we op de juiste weg zitten. Sowieso zoekt de filosofie niet zelden de weg van de meeste weerstand. Net als de psychoanalyse is ze verzot op situaties waarin weerstand en censuur aanzwellen tot mythische proporties. De blinde vlek van de ruimte is zo’n weerstand. Eeuwenlang dachten filosofen en andere mensen dat wat wij doen met de wereld, niets met ons doet: de geest als een tabula rasa (onbeschreven blad) waarop de wereld wordt geprojecteerd. Of beter: deze kwestie kwam amper aan de orde omdat de begrippen ontbraken voor het stellen van de juiste vragen. Het feit dat wij als mensen altijd al in de wereld en in de tijd zijn, was inderdaad een blinde vlek of schaduw waar je niet zomaar overheen kon springen. Bovendien was in het bewustzijn van de westerse mens ingebakken dat wij heer en meester zijn over onze wereld en het recht hebben de natuur aan ons te onderwerpen. Dat denkbeeld van een actief subject dat staat tegenover een wereld van passieve objecten, vergroot de blindheid voor het feit wij ons met het onderwerpen (lees: bewoonbaar maken, instrumenteel te lijf gaan, maar ook exploiteren en vernietigen) van de wereld in zekere zin ook aan onszelf onderwerpen. 24 Pagina 25

Pagina 27

Interactieve e-vakblad, deze drukwerk of pdf is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het converteren naar een digitale publicatie van digi uitgaves.

515 Lees publicatie 192Home


You need flash player to view this online publication