Het oppervlak dichte vloer bedraagt 0,15 vierkante meter per big. Hier kunnen de biggen spelen met strooisel en spelmateriaal, waardoor ze minder geneigd zijn aan de staarten en oren van hun hokgenoten te knagen. Er is een vreetplaats per acht dieren. De mestplaats is van antisliproosters. De stalinhoud bedraagt minimaal 1,2 kubieke meter per big. 2.1.8 Vleesvarkens Voorlopig houden de ondernemers de vleesvarkens in groepen van maximaal vijftien dieren. Zodra het technisch mogelijk is, gaan ze over op grotere groepen van meer dan tweehonderd dieren per groep. Dierenwelzijn en besparing op investeringskosten en arbeid gaan hierbij hand in hand. De bezettingsgraad is lager dan op een regulier gesloten bedrijf. Dit is nodig om calamiteiten op te kunnen vangen en om te voorkomen dat er biggen moeten worden afgevoerd wegens ruimtegebrek. De beschikbare oppervlakte voor vleesvarkens is 1,0 m² per dier. De vloer is voor 40 procent dicht en is bol en verwarmd. De varkens krijgen verrijkingsmaterialen zoals stro, er is een watermeetsysteem per afdeling en één vreetplaats per zes vleesvarkens. De mestruimte is voorzien van een betonrooster. De stalinhoud per dier bedraagt minimaal 2,4 kubieke meter. In ieder hok komt een paal waaraan de dieren zich kunnen schuren. 2.2 De agro-energiecentrale De mest van alle varkens gaat samen met organische afvalstromen uit andere sectoren naar de agro-energiecentrale. De productie van elektriciteit en warmte dekt ruimschoots de eigen energiebehoefte van het Agrocentrum. Als in de eigen behoefte is voorzien, is er nog voldoende elektriciteit, restwarmte en CO2 om aan derden te leveren, zoals een glastuinder. De mineralen worden verwerkt tot meststof en als vervanger van kunstmest verkocht. De energiecentrale bestaat uit verschillende onderdelen: • De co-vergisting. De vaste mest van de varkens wordt hier samen met reststromen uit de voedsel- en voedingsindustrie omgezet in elektriciteit en warmte. Daarnaast blijft er een residu van de mest over: het digestaat. • De warmtekrachtcentrale. Biogas uit de vergister wordt in een verbrandingsmotor omgezet in elektriciteit en er komt nuttige restwarmte beschikbaar. Deze restwarmte bestaat uit warmte uit rookgassen van enkele honderden graden Celsius en warmte, uit koelwater van de motor, van rond de 90 graden. • De scheidingsinstallatie. Hier wordt het digestaat gescheiden in een dikke en een dunne fractie. Beide fracties zijn afzonderlijk te verwerken. • Drogen van de dikke fractie. De dikke fractie is te drogen met een trommeldroger, die ook vaak wordt gebruikt bij slibdroogprocessen, waarna deze als organische meststof is af te zetten. Een andere optie is 9 Het wroetgedeelte in detail. De bodem is bedenkt met wroet- en speelmateriaal, dat regelmatig via een band afgevoerd kan worden. Pagina 15

Pagina 17

Interactieve internet folder, deze publicatie of archief is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het digitaliseren van web sportbladen.

451 Lees publicatie 145Home


You need flash player to view this online publication