Conceptwijzer Februari 2011 raffineren van mest zodanig dat alleen de mineralen stikstof en fosfor worden gebruiken voor de kweek van algen. De organische fractie, die ziektekiemen kan bevatten, wordt grotendeels omgezet in biogas. en een goed rendement levert op het geïnvesteerd vermogen. Het neerwaartse risico bij tegenvallers is beperkt terwijl het optimale scenario een zeer goed rendement geeft. Vervolgens is een variant doorgerekend met thermisch-chemische ontsluiting van de mest en raffinage van de mineralen. Mestontsluiting maakt het toevoegen van extra biomassa (de zogenoemde covergisting) minder noodzakelijk voor een goede biogasproductie. Het proces van mestontsluiting en energieproductie draagt veel bij aan het operationeel resultaat, echter door de hogere investeringen (en dus afschrijvingen en rentekosten) in deze productiestap is het voordeel gering. De algenproductie laat een bevredigend operationeel resultaat zien, al is dit geheel te danken aan de vermeden afzetkosten voor de mest en de meeropbrengst van warmte in het kader van de Stimuleringsregeling Duurzame Energie (SDE). leidraad voor het efficiënter benutten van het voer en het sluiten van kringlopen. Een wenkend perspectief voor een sector onder druk! Economische haalbaarheid Om de bedrijfseconomische haalbaarheid van het concept ECOFERM! te evalueren, is door DoTank in het kader van dit project een businessmodel ontwikkeld. Hiermee kunnen verschillende varianten worden doorgerekend. De opbrengsten bestaan uit de volgende posten: elektriciteit, warmte, mineralen, water, algen en (op langere termijn) CO2 credits. Er zijn drie varianten doorgerekend: één met 3000 ton mest, zonder toevoeging van andere biomassa en met mestraffinage om de mineralen eruit te halen; één met 3000 ton mest en eenzelfde hoeveelheid andere biomassa; en één met 9000 ton mest en eenzelfde hoeveelheid andere biomassa. De drie varianten geven allen een positief resultaat. Door de sterk toegenomen productie van biogas bij de varianten met extra biomassa stijgt zowel de elektriciteitsproductie sterk als het operationeel resultaat van de vergisting en elektriciteitsproductie. Het bedrijfseconomische model reageert sterk op de afzetkosten voor mest, de opbrengstprijzen van energie en algen en de efficiëntie van de installatie. Op basis van de omvang van de investeringen en het behaalde rendement is ECOFERM! met 3000 ton mest zonder extra biomassa een goed instapmodel op boerderijniveau. Het heeft het voordeel van een (relatief ) beperkte investering, met een productieproces dat geheel in eigen beheer kan worden uitgevoerd Een vleesvarken eet in de periode van 25 kg tot 115 kg gemiddeld 245 kilo voer (droge stof ), drinkt daarbij 540 liter water en neemt 192 kg zuurstof op. In totaal gaat er dus 977 kg aan brandstof, water en zuurstof in voor verbranding. Het varken produceert in die periode bij benadering 90 kg vlees, ruim 445 kg mest en urine, 210 kg CO2, 230 kg H2O, 2 kg NH3 en 505 kWh aan laagwaardige (lichaams)warmte. Meer lezen? De integrale rapportage “ECOFERM! De kringloopboerderij” is op te vragen bij InnovatieNetwerk of te downloaden via www.innovatienetwerk.org (tabblad infotheek). Vervolgstappen De volgende stap is om het concept uit te werken op praktijkschaal. Dat hoeft niet meteen in de volle omvang en in de vorm zoals hierboven geschetst; er zijn kleinschaliger en eenvoudiger varianten die minder investeringen vergen, maar wel de nodige ervaringen opleveren voor de verdere ontwikkeling. Enkele modules, zoals de algenkweek op basis van stallucht en de mestraffinage om mineralen te winnen zullen eerst op experimentele schaal worden getest. Waar het om gaat is dat er een ontwikkeling in gang wordt gezet in de richting van een duurzame varkenshouderij, waarbij het concept ECOFERM! dient als inspiratiebron en Pagina 3
Pagina 1Interactieve e-archief, deze clubblad of jaarverslag is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het online bladerbaar publiceren van digitale kranten.
447 Lees publicatie 141Home