Voor Nieuwe Nuts zou het goed zijn als de “hoge BAK” inderdaad wettelijk wordt verboden, mits de mogelijkheid niet wordt uitgesloten de energie-infrastructuur aan de woningen te verbinden, waarvoor dan een vergoeding in rekening kan worden gebracht. Het gehele distributienet hoort dan bij de wijk. Bewoners zijn gemeenschappelijk (mede-)eigenaar. Bij een “lage BAK” zullen gevestigde energiebedrijven minder bereid zijn om in duurzame energie-infrastructuren te investeren. Daar staat tegenover dat een “lage BAK” transparantie en marktwerking in de energievoorziening stimuleert. Zolang de toetreding van nieuwkomers en de participatie van belanghebbenden maar niet worden gehinderd, levert een “lage BAK” een motor voor innovatie en creativiteit. Een “hoge BAK” daarentegen ontneemt het zicht op feitelijke kostenniveaus en biedt ruimte voor overwinsten. Die hebben structureel een negatieve invloed op de verduurzaming van energievoorzieningen. Ze halen de noodzaak weg om te innoveren en geven extra incentives én mogelijkheden om markten af te schermen. Voor de realisatie van duurzame energievoorzieningen is het allerminst noodzakelijk dat er overwinsten zijn te behalen. Het gaat erom dat de meerkosten op termijn kunnen worden terugverdiend, bijvoorbeeld door lagere verbruikskosten, grotere zekerheid en hoger comfort. De constructie “lage BAK” plus expliciete participatie van kleingebruikers, kan nieuwe toetreders helpen die bereid zijn met minder marktmacht en met bescheidenere rendementseisen in het warmtebedrijf te stappen. Het kan ook helpen bij onderhandeling met gevestigde energiebedrijven over de aanleg en concessie rond energienetten. De verhoudingen tussen de onderhandelende partijen worden er meer gelijkwaardig door, wat uiteindelijk voor de bewoners voordelig zal uitpakken. In rekening te brengen tarieven worden dan teruggebracht tot feitelijke en aantoonbare kostprijsniveaus met redelijke marges. Bovendien worden aan verbruikers geen tarieven in rekening gebracht waar geen rechten of diensten tegenover staan. Participatie van producenten en verbruikers vraagt wel de nodige structurering. De betrokkenheid van deze partijen moet immers effectief en ordelijk verlopen. Enkele uitgangspunten zijn hiervoor te formuleren. Zo zijn er bijvoorbeeld verschillende zeggenschapscategorieën te onderscheiden. Producenten en een eventueel moederbedrijf hebben een andere verantwoordelijkheid en competentie dan de kleinverbruikers. In Jühnde (zie hoofdstuk 3) zijn de kleinverbruikers apart georganiseerd via een eigen vereniging. Deze vereniging heeft bepaalde bevoegdheden, zoals invloed op de tariefstelling. Hier wordt de zeggenschap van de kleinverbruikers geëffectueerd via afvaardiging en vertegenwoordiging. Ter ondersteuning zouden ook informerende en consulterende (online) forums kunnen worden ingezet, eventueel voorzien van stemmogelijkheden. In alle gevallen zal gelden dat het bedrijf kleinschalig moet worden gehouden en dat bestedingen en besluiten aansprekend en begrijpelijk moeten worden gemotiveerd. Dit is overigens niet alleen goed voor de kleinverbruikers, maar ook voor het Nieuwe Nutsbedrijf zelf. De participatie is bij voorkeur niet speculatief verhandelbaar. Verhandelbaarheid zou betekenen dat het eigendom in handen kan komen 121 Pagina 130

Pagina 132

Interactieve digitale relatiemagazine, deze sportblad of vaktijdschrift is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het online bladerbaar maken van e-presentaties.

303 Lees publicatie 100Home


You need flash player to view this online publication