STOWA 2010-10 nieuwe sanitatie westland baarheid van de producten dus kunnen verlengen. De vijf meest gebruikte parabenen zijn methyl-, ethyl-, propyl, butylparabenen en isobutylparabenen (Andersen 2007). Onderzoek heeft echter aangetoond dat bepaalde parabenen hormoonverstorende eigenschappen kunnen hebben, zowel in het lichaam van de gebruiker zelf, als later in het milieu (Routledge, parker et al. 1998). Deens onderzoek naar de aanwezigheid van deze stoffen in grijs water toont aan dat methylparabenen in de hoogste concentraties voorkomen met een gemiddelde van 6,9 μg/l. Ethyl-, propyl, butyl-, en isobutylparabenen komen voor in concentraties van respectievelijk 3; 3,6; 1,7; en 0,7 μg/l. Biologische behandeling van het grijze water resulteert in een minimale verwijderingefficiency van 97% (Andersen 2007). Ziekteverwekkers Literatuur over het voorkomen van ziekteverwekkers in grijs water is zeer divers en laat grote variaties zien in concentraties van veel voorkomende pathogenen. Afhankelijk van de bron (badkamer, keuken, wasmachine e.d.), kan grijs water hogere of lagere concentraties indicatororganismen bevatten. Grijs water afkomstig uit douches of het bad draagt meer bij aan de microbiële verontreiniging dan bijvoorbeeld wasmachinewater (Rose, Sun et al. 1991). Daarnaast heeft onderzoek aangetoond dat bepaalde micro-organismen in staat zijn te groeien wanneer grijs water voor een aantal dagen wordt opgeslagen. Zo blijkt onder andere de concentratie fecale coliformen een factor 10-100 hoger te zijn na 48 uur opslag en na die tijd slechts zeer geleidelijk wat af te nemen (Rose, Sun et al. 1991). De concentraties van indicatororganismen in opgeslagen grijs water kan dus in sommigen gevallen leiden tot een overschatting van het risico van vers grijs water (WHO 2006b). Jefferson (2004) heeft gekeken naar de microbiële kwaliteit van verschillende typen grijs water. In vers grijs water uit de douche rapporteert hij voor totale coliformen, E.coli en fecale streptokokken respectievelijk 6800 kve, 1490 kve en 2050 kve per 100 ml. Opvallend is dat badwater, qua E.coli en fecale streptokokkenconcentraties kwalitatief veel beter scoort (respectievelijk 83 en 40 kve per 100 ml.). Grijs water afkomstig uit wastafels scoort qua aanwezigheid van E.coli het best (slechts 10 kve/ 100ml), maar scoort relatief hoog voor totale coliformen en fecale streptokokkenconcentraties (9420 en 1710 kve per 100 ml resp.). Birks en Hills (2007) rapporteren over aanwezigheid van indicatororganismen voor gemengd grijs water uit bad, douche en wastafels. De concentraties van E.coli, fecale streptococcen en totale coliformen waren respectievelijk 3,9 *105, 2,5*103 en 2,2*107 kve per 100 ml. Dit hoge aantal kan verklaard worden doordat het grijze water enige tijd was opgeslagen en de aanwezige bacteriën zich in het nutriëntrijke milieu hebben kunnen vermeerderen. In een studie door Eriksson et al. (2002) wordt onder andere gekeken naar de microbiële kwaliteit van grijs water afkomstig van wasmachines en baden. Concentraties fecale coliformen, totale coliformen en fecale streptokokken in wasmachinewater komen respectievelijk neer op 9*104 kve, 56*105 kve en 1*106 kve per 100 ml. Het water uit de badkamer scoort voor dezelfde indicatororganismen respectievelijk 3*103 kve (fecale coliformen), 70*107 kve (totale coliformen) en een range van 1 - 7*104 kve voor fecale streptokokken per 100 ml. De concentratie van totale coliformen liggen in het badwater dus, zoals verwacht, beduidend hoger dan in het wasmachinewater. Sommige onderzoekers hebben naast indicatororganismen ook de aanwezigheid van andere pathogenen proberen aan te tonen. Briks en Hills hebben ook onderzoek gedaan naar aanwezigheid van Salmonella, Giardia, Cryptosporidium, E.coli O157:H7 en Legionella. Daarvan 75 Pagina 85
Pagina 87Voor publicaties, online uitgaven en tijdschriften zie het Online Touch CMS systeem. Met de mogelijkheid voor een e-commerce shop in uw catalogi.
418 Lees publicatie 113Home