Voorliggende schakels, zoals zeugenopfok en broederij worden in het programma meegenomen. De feitelijke implementatie van antibioticavrije productie in de ketens wordt in het vervolg ter hand genomen door de betreffende ketens. 3. Analyse van de benodigde innovatie Als werkhypothese gaan we ervan uit dat een antibioticavrije productie te realiseren is door een innovatieve combinatie van maatregelen. Daarbij valt primair te denken aan de reductie van de ziektedruk, het wegnemen van stressfactoren (bijv. het stalsysteem, management, voeding), een gerichte versterking van de eigen weerstand van het dier (bijv. door fokkerij, immuno-modulerende stoffen, pro- en prebiotica, vaccinatie) en adequate diagnostiek. Tevens worden alternatieve behandelwijzen zonder antibiotica toegepast. Dit alles is erop gericht om een antibioticavrije productiewijze te realiseren. Het individueel behandelen met antibiotica wordt uitsluitend toegepast als uiterste terugvaloptie met het oog op het welzijn van het betreffende dier. Preventieve behandelingen en koppelmedicaties met antibiotica zijn uitgesloten op de varkensbedrijven in dit programma. Bij vleeskuikenbedrijven zijn om praktische redenen koppelbehandelingen niet bij voorbaat uit te sluiten. Kennis en ervaring van voorlopers op deze terreinen, zowel binnen de gangbare als de biologische sector, worden hiertoe benut. Tevens wordt gebruik gemaakt van lopende activiteiten, zoals het LNV onderzoeksprogramma MRSA, het LTO/KNMvD-project Zicht op gezonde dieren, het onderzoeksprogramma ALTANT (ALTernatieven voor ANTibiotica), de Nationale Agenda Diergezondheid, de Nota Dierenwelzijn en de Uitvoeringsagenda Duurzame Veehouderij. Ook is een relatie gelegd naar het netwerkprogramma Antibioticaarme productie. Tenslotte worden onderzoeksvragen gegenereerd en geadresseerd aan onderzoeksinstellingen en –programma’s. In dit innovatieprogramma, dat grotendeels door overheidsmiddelen wordt gefinancierd, is sprake van een actieve en open communicatie naar sector, maatschappij, beleid en wetenschap over de opzet en resultaten. Om tot een echte doorbraak te komen in het gebruik van antibiotica in de intensieve veehouderij is een omslag nodig. Niet alleen bij veehouders. Er zijn vergaande stappen nodig die een gezamenlijke aanpak vergen van ketenpartijen (o.a. afnemers, slachterijen), toeleveranciers (o.a. veevoerleveranciers, stallenbouwers) en dienstverleners (o.a. dierenartsen, kennisinstellingen). Alleen een gezamenlijke ambitieuze aanpak in ketenverband kan leiden tot een structureel en blijvend resultaat. De inhoudelijke problemen die moeten worden aangepakt en opgelost zijn in de sectoren verschillend. Ze worden hieronder samengevat. Knelpunten varkenshouderij In de varkenshouderij liggen de kritische momenten vooral in de biggenfase. Dat begint al in de kraamstal waar de eerste ingrepen worden uitgevoerd en waar de biggen tussen tomen met een verschillende immuniteit worden uitgewisseld. Het volgende kritische moment is het speenmoment en de wijze waarop gespeend wordt. Suboptimaal spenen is vaak de achterliggende oorzaak van speendiarree en streptococcenproblemen. Ook de darmschade bij de vleesvarkens (Porcine Intestinale Adenomatose (PIA) en dysenterie) is vaak terug te voeren tot het speenmoment. Afnemers vragen niet om producten van antibioticavrije dieren en antibiotica zijn goedkoop en gemakkelijk te verkrijgen. Antibiotica camoufleren slechte bedrijfsomstandigheden effectief, waardoor ze economisch rendabel blijken voor bijna elk bedrijf. 18 maart 2010 5 Pagina 4

Pagina 6

Interactieve digitale handleiding, deze tijdschrift of relatiemagazine is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het digitaliseren van e-tijdschriften.

406 Lees publicatie 101Home


You need flash player to view this online publication