2.3 Ambities omgeving Ook het programma van eisen voor de omgeving bestaat uit verschillende aspecten naar gelang de invulling van de omgeving. Meest concreet is de directe omgeving, het landschap waarin zich het bedrijf en de huisvesting bevindt. Ook het eventuele milieueffect van de huisvesting maakt onderdeel uit van het programma van eisen van de omgeving. Tenslotte stelt ook de maatschappij eisen aan het bedrijf. Landschap Voor de maatschappelijke acceptatie van grootschalige melkveehouderij is het belangrijk dat de gebouwen en het erf passen in het landschap in die regio. Dit stelt eisen aan materiaalkeuze, dakvormen, lichtuitstraling, erfbeplanting, doorkijkmogelijkheden ed. De gebouwen moeten prettig zijn voor de dieren om erin te leven, het personeel om erin te werken en het moet attractief zijn voor bezoekers, oftewel het bedrijf moet respect hebben voor mens en dier. Om attractief te zijn voor bezoekers kan veel geleerd worden van dierentuinen. Hun core business is om een kijkspel te organiseren voor het publiek. Tijdens een rondleiding in dierentuin Amersfoort is uitgelegd hoe de verschillende dierverblijven inspelen op het publiek. Met de juiste kleuren, speelmaterialen en inrichting van ruimten worden verblijven binnen en buiten voor apen, vogels, olifanten, beren, giraffen of runderen aantrekkelijk gemaakt voor het publiek. De melkveehouderij kan hiervan leren door de omgeving van de koe in het gebouw aantrekkelijk te maken voor het publiek. Het voeren, melken en afkalven van koeien bijvoorbeeld kan als een kijkspel gepresenteerd worden aan bezoekers. Milieu De overkoepelende ambitie op het gebied van milieu is binnen het project Cowfortable als volgt verwoordt: Het huisvestingsontwerp dat ‘Cowfortable’ voor melkvee ontwikkelt voldoet aan de wettelijke milieueisen op bedrijfsniveau, heeft een minimale emissie van ammoniak en broeikasgassen (met name methaan) en vermindert het verbruik van eindige bronnen van materialen en fossiele brandstoffen. Het milieueffect van grootschalig melkveehouderij in het algemeen en de huisvesting (stal) in het bijzonder valt uiteen in een aantal componenten: • Emissie van ammoniak • Emissie van broeikasgassen, met name methaan • Emissie van geur • Emissies van fijn stof • Energieverbruik • Geluidsoverlast • Effect van stalverlichting Emissie van Ammoniak Het nationale emissiebeleid ten aanzien van ammoniak is gericht op de vermindering van de nationale uitstoot. In de nationale emissie van ammoniak levert de landbouw te grootste bijdrage. Volgens cijfers van het CBS en NMP bedroeg de totale ammoniakemissie in Nederland in 2006 133 kton. Het aandeel van de landbouw was in dat jaar 120 kton. Daaraan droeg de totale rundveehouderij 49,1 kton bij. De emissie van ammoniak uit stallen en mestopslagen voor melkvee was in dat jaar 17,9 kton (www.emissieregistratie.nl). Nederland moet in het kader van een Europese richtlijn inzake nationale emissieplafonds voor bepaalde luchtverontreinigende stoffen (2001/81/EG) waaronder ammoniak de emissie in 2010 verlagen tot 128 kton. Om dat te bereiken zijn verschillende sporen uitgezet voor het gebruik en de opslag van meststoffen en voor de regulering van emissies uit huisvesting voor dieren. Dat laatste wordt geregeld in het besluit ammoniakemissie huisvesting veehouderij. Daarin staan voor nieuwe huisvesting maximale emissiewaarden per diercategorie. De maximale toegestane emissie van ammoniak voor de melkveehouderij is vastgesteld op 9,5 kg NH3 per dierplaats per jaar. Voor het berekenen van de ammoniakemissie van een bedrijf zijn emissiefactoren opgenomen in bijlage 1 van de Regeling ammoniak en veehouderij (Rav). Het project streeft naar een minimale emissie van ammoniak op bedrijfsniveau. Emissies van broeikasgassen Broeikasgassen hebben tot gevolg dat de aarde geleidelijk opwarmt (global warming). Het global warming potentieel (GWP) van broeikasgassen wordt uitgedrukt in CO2 equivalenten. Methaan heeft een GWP van 21. Nederland moet zijn emissie van broeikasgassen tussen 2008 en 2012 met 6% hebben gereduceerd ten opzichte van 1990. De totale emissie van broeikasgassen in Nederland was in 2005 212,1 Mton CO2 equivalenten (Brandes et al., 2007). Daarvan is 16,7 Mton ‘In de dierentuin in Amersfoort legt Marjo Hoedemaker uit hoe hij verblijven voor grote grazers ontwerpt’. 16 Pagina 15

Pagina 17

Interactieve internet studiegids, deze reclamefolder of editie is levensecht online geplaatst met Online Touch en bied het bladerbaar maken van digitale studiegidsen.

328 Lees publicatie 100Home


You need flash player to view this online publication