huisdier behandelt zoals we de dieren in de bio-industrie behandelen onmiddellijk aanmelden bij de animal cops. Wie zijn hond verwaarloost, begaat een strafbaar feit, maar als er een paar duizend varkens verbranden, gaat het medelijden in de media uit naar de boer en niet naar de varkens. Bieden andere manieren van omgaan met voedsel een perspectief? Het is evident dat een verandering in onze leefpatronen van enorme invloed kan zijn op onze gezondheid, de gezondheid van de wereld, het welzijn van dieren, en tal van andere zaken. Minder vleesconsumptie is misschien wel een van de minst pijnlijke manieren om straks én negen miljard mensen te voeden én nog iets van onze grote ecosystemen over te houden. Ik geloof ook dat mensen gelukkiger en meer tevreden kunnen zijn door anders om te gaan met voedsel. Dat hangt samen met diepe overtuigingen over de waarde van rituelen en tradities, de betekenis van aandacht, kwaliteit en vakmanschap, en bovenal de betekenis van een gevoel van dankbaarheid voor voedsel dat vanzelfsprekend lijkt te zijn maar het niet is. In dat verband is het belang van volkstuinen bij scholen, stages bij boeren, stadslandbouw en vele andere initiatieven die de bijzonderheid en onvanzelfsprekendheid van voedsel zichtbaar maken, niet te onderschatten. Kunnen veranderingen in voedselconsumptie en voedselproductie perspectieven bieden op een andere band met de natuur of andere vormen van natuurbeheer? Drie groepen van perspectieven wijzen hier de richting: Eén groep komt voort uit een verlangen naar manieren van voedselconsumptie en voedselproductie die ‘natuurlijker’ of ‘authentieker’ zijn, ‘dichter bij de natuur’ staan of meer kwaliteit hebben. Een tweede groep perspectieven heeft te maken met een andere 216 ruimtelijke inrichting en een derde groep met het verzamelen of bejagen van voedsel. In de eerste groep perspectieven gaat het om een aantal tendensen die zich laten vangen onder de paraplu ‘meer kwaliteit’. Denk hierbij aan de groeiende belangstelling voor biologische landbouw, voor koken in het algemeen, voor koken met de seizoenen, en voor slow food. Meer of minder expliciet pleiten sommige protagonisten van deze ontwikkelingen niet alleen voor meer kwaliteit van producten, maar ook voor meer kwaliteit in brede zin: van leven, het milieu, de leefomgeving, de aarde en de natuur. Een van de oudste tegenbewegingen tegen intensieve landbouw met bestrijdingsmiddelen en kunstmest was de biologische landbouw. Aanvankelijk legde men daarbij sterk de nadruk op gezondheidsclaims. Sinds het grootschalig gebruik van bestrijdingsmiddelen en overdadig gebruik van kunstmest enigszins is teruggedrongen, legt men het accent meer op betere smaak. De claim voor menselijke gezondheid is niet heel sterk gebleken. De claim op een gezondere aarde bestaat nog wel: er is minder gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen, meer streven naar gemengde bedrijven en het sluiten van kringlopen. Maar evident overtuigend is die vooral in eigen kring. In Nederland is de biologische landbouw nooit verder gekomen dan een paar procent van zowel de productie als de consumptie. Nederland is vooral exportland van bulkproducten. De slowfoodbeweging begon als protest tegen de opkomst van fastfoodketens, maar mondde uit in een platform voor fijnproevers. Met daarbij de nodige valse romantiek: die ene delicatesse was vaak ook de enige in die streek. De keuken van het inmiddels zo geadoreerde Toscane was vooral een cucina povera (een ‘keuken voor de armen’) en de fijnzinnige Japanse keuken was er vooral een van rijst, aangevuld met enkele producten uit de omliggende 217 Pagina 109

Pagina 111

Voor relatiemagazines, online uitgaven en onderwijscatalogi zie het Online Touch beheersysteem systeem. Met de mogelijkheid voor een online winkel in uw drukwerk.

546 Lees publicatie 216Home


You need flash player to view this online publication