Veel van de huidige milieumaatregelen werken de industriële monoculturen juist in de hand. CO2 storten houdt de kolenstroom relatief goedkoop ten opzichte van duurzame stroom. Naar verwachting wordt het bovendien vrijgesteld van het emissierechtensysteem.35 De economische basis om in duurzame alternatieven te investeren, wordt daarmee uitgehold. Overheidsbeleid bestendigt zo bestaande macht en patronen. In het wettelijk kader voor de energievoorziening is oligopolie36 (de dominantie van enkele grote spelers) zelfs het uitgangspunt. Hoewel veel wettelijke maatregelen zijn getroffen in het kader van liberalisering en een geloof in de vrije markt, wordt het tegendeel geïnstitutionaliseerd. Oligopolie37 is een variant van monopolie, niet van vrije markt. marktmacht en marktwaarde zijn in een oligopolie bepalend voor de prijs. Oligopolistische markten zijn goed te manipuleren.38 Dominante marktpartijen hebben daartoe gemeenschappelijke belangen: het weren van nieuwe toetreders en het op peil houden van de prijzen. De nu gebruikelijke marktregulering verschaft de ultieme bestendiging van een dergelijke marktconstellatie. Een volkomen monopolie tolereert zij niet. Daarmee ontneemt ze de grote gevestigde spelers op een geconsolideerde markt het belang om onderling serieus te concurreren. De geordende markt wordt zo het tegendeel van wat ze predikt te zijn, en mondt uit in de afwezigheid van marktwerking en competitie. Nieuwe Nuts kan de komst van een echte markt forceren met vrije toetreding en een rijk en divers aanbod. Industriële monoculturen zouden kunnen verdwijnen en kringloopprocessen kunnen – bottom up – worden gerealiseerd. Waar wetgever en gevestigde belangen geen grond zien om deze ontwikkeling te stimuleren, zou een waar geloof in “vrije markt” wel vereisen dat belemmeringen worden weggenomen voor nieuwe vormen en toetreders, en geen nieuwe belemmeringen worden opgeworpen in de vorm van nieuwe schaarste, restricties en privileges. De beleidsvrijheid van de overheid is echter beperkt. Nationale overheden staan onder tucht van de internationale markten en supranationale organen. Sturing op vrije toetreding en diversificatie zal op internationaal niveau moeten gebeuren. Einde aan de schaarste? 47 35 De stort wordt dan niet gezien als emissie. In consoliderende internationale markten worden slechts een paar grote aanbieders verwacht. 36 37 oligos (=weinig), polein (=verkopen). Zo kunnen marktsituaties worden voorgewend die er feitelijk niet zijn. Een voorbeeld volgt uit de ontboezeming die wijlen Paul Fentener van Vlissingen in 2004 via het Financiële Dagblad deed: terwijl de indruk werd gewekt dat de vooroorlogse Nederlandse steenkolenmarkt concurrentie kende van de twee dominante spelers (SHV en SSM), waren beide spelers in het geheim in handen van dezelfde families: (Fentener van Vlissingen en Van Beuningen). De concurrentie werd in de onderscheiden bedrijfskaders wel gespeeld, maar op het hoogste niveau ging het om dezelfde belangen en belanghebbenden. 38 Twee krachten zijn bepalend voor de toekomst van de elektriciteitsvoorziening: de gevestigde belangen en de technologische ontwikkeling. De gevestigde belangen sturen op marktmacht en schaarste. De technologische ontwikkeling maakt nu juist een einde aan de schaarste. Dit door nieuwe mogelijkheden te bieden voor de omzetting en opslag van energie. Hierdoor komen duurzame energiebronnen beschikbaar die nu grotendeels onbenut blijven. Het biedt bovendien gelegenheid om marktmacht evenwichtig te verdelen. Beheersing van schaarse bronnen is dan niet meer van belang. In plaats daarvan komen de best werkende oplossingen en de meest coöperatieve organisatievormen. Rendement op geïnvesteerd vermogen is dan geen doel meer op zich. De maatschappelijke functie van het bedrijf komt voorop te staan. Pagina 56

Pagina 58

Voor edities, online onderwijsmagazines en presentaties zie het Online Touch CMS systeem. Met de mogelijkheid voor een online winkel in uw boeken.

303 Lees publicatie 100Home


You need flash player to view this online publication