achter bij de groei van de verticaal geplante 20 cm lange stekken. McCracken et al. (2010) onderzochten ook een plantsysteem waarbij hele scheuten horizontaal in de grond werden gelegd. Deze methode vergde 3,3 maal zoveel plantmateriaal ten opzichte van het ‘verticale systeem’. echter, volgens Lowthe-Thomas et al. (2010) kunnen met deze methode de totale aanlegkosten tot 48% worden verminderd, terwijl de groei gelijk is aan de groei van (traditioneel) verticaal geplante wilgenplantages. De vermindering in aanlegkosten zit vooral in de hogere plantsnelheid (circa 0,75 hectare per uur), het hogere overlevingspercentage, minder kosten voor de voorbereiding van het plantmateriaal en een grotere range aan kwaliteiten van plantmateriaal dat kan worden geplant. Deze horizontale planttechnieken lijken een bijdrage te kunnen leveren aan het reduceren van de aanlegkosten van wilgenplantages. Het is wel belangrijk om in acht te nemen dat er nog maar weinig praktijkervaring is met deze planttechnieken en dat nog niet alle vooren nadelen goed zijn onderzocht. McCracken et al. (2010) wijzen bijvoorbeeld op het hogere risico op uitdroging van stekken die horizontaal worden geplant. Het is de vraag in hoeverre dit risico opweegt tegen de lagere plantkosten. Hele scheuten versus korte stekken Het gebruik van plantmachines die hele scheuten verwerken i.p.v. voorgesneden stekmateriaal heeft volgens Abrahamson et al. (2002) als voordeel dat de aanschafkosten voor het stekmateriaal een stuk lager zijn. Er hoeft immers geen aparte handeling te worden verricht om het stekmateriaal op maat te snijden. Daarentegen is kort stekmateriaal van 20-25 cm lang veel eenvoudiger te vervoeren en kan het makkelijk (gekoeld) worden opgeslagen. Ook de plantmachines die korte (vooraf op maat gesneden) stekken planten zijn over het algemeen gemakkelijker te vervoeren, omdat ze een stuk kleiner zijn dan de plantmachines die hele scheuten verwerken. Volgens Liebhard (2007) heeft het gebruik van tevoren op maat gesneden en gekoeld aangevoerde stekken van 20 cm als voordeel dat deze eerder uitlopen ten opzichte van het gebruik van hele scheuten die door de plantmachine in korte stekken worden gesneden. Bij de stekken komen de hormonale processen die moeten zorgen voor onder meer wortelgroei pas op gang na het snijden. Bij hele scheuten die in de plantmachine worden verwerkt tot kortere stekken komen deze hormonale processen dus pas op gang na het planten van de stekken, terwijl bij de voorgesneden stekken deze processen al zijn gestart. Plantmachines uit de griendcultuur In Nederland bestaat een commerciële griendcultuur waarin wilgenplantages worden geëxploiteerd om er scheuten uit te oogsten die worden gebruikt voor de fabricage van producten zoals zinkstukken, beschoeiingen en tuinschermen. Een aantal bedrijven uit de griendcultuur beschikt over plantmachines om grienden mee aan te planten met kortstek (circa 20-25 cm lang). Doorgaans kennen deze grienden een veel hogere plantdichtheid van 45.000 tot 60.000 stekken per hectare. Doel van deze dichte stand is het verkrijgen van rechte scheuten (stammen) met weinig zijtakken. Deze machines kunnen echter ook volgens het Zweedse plantsysteem planten. Bedrijven uit de 17 Pagina 26

Pagina 28

Scoor meer met een e-commerce shop in uw catalogussen. Velen gingen u voor en publiceerden PDF-en online.

555 Lees publicatie 221Home


You need flash player to view this online publication