de tuinder kan telen met circa 15% hogere opbrengst. Het GSE exchange team stond met open mond te kijken. De kas in huissen heeft inmiddels als proefproject 3 jaar met succes gedraaid. Toch blijft er één punt van aandacht en dat is de energiekwaliteit. De ingevangen laagwaardige warmte moet worden verpompt van de kas naar de opslagplaats en terug. Daarvoor is hoogwaardige energie nodig, een reden waarom het systeem geen 100% reductie van aardgasgebruik geeft maar “slechts” 80%. De glastuinbouwers en de WUR hebben daarom in Bleiswijk een Informatie & Demonstratie Centrum (IDC) ingericht met nog 3 proefkassen. Daar wordt het systeem geoptimaliseerd of wordt hoogwaardiger warmte ingevangen voor speciale teelten. Maar het meest geboeid ben ik toch door het ontwerp van de elektrische kas omdat daarmee zowel de teelt van gewassen als de productie van elektriciteit kan worden gecombineerd. En dit staaltje van Hollands pikeurwerk wou ik graag aan de GSE-studenten uit Uruguay laten zien. De kas staat in Wageningen op het terrein van de WUR en ziet er niet indrukwekkend uit. Maar het is een slim ontwerp met halfdoorlatend glas waardoor het groeilicht (PAR-licht) naar binnen kan vallen voor de planten en andere golflengtes worden gereflecteerd en geconcentreerd op een langgerekte zonnecel. Die produceert elektriciteit maar moet tevens worden gekoeld waarbij het hete water wordt gebruikt voor allerlei toepassingen in de kas. Ik vind het een pareltje van Hollands denkwerk en voelde me trots om het aan het GSE-team te kunnen tonen. En met 10.000 ha 64 glasdek geeft het perspectief voor de toekomst. Nadat we in het ‘restaurant van de toekomst’ hadden geluncht liepen we gebogen door de koude wind onder een grauwgrijze lucht naar de testlocatie. Op het moment dat het object in zicht kwam en ik me omdraaide om met mijn inleiding te beginnen werden we verrast door een striemende hagelbui. In korte tijd lag de grond onder ons bezaaid met kleine witte pareltjes. De verrukking van het GSE-team was groot en de reactie voor mij onbegrijpelijk. Onder luid gekwetter werd de hagel opgepakt en bestudeerd terwijl in onbegrijpelijk Spaans werd gegesticuleerd en gediscussieerd. Mijn uitgestoken arm naar het duurzame pareltje wapperde doelloos rond en vroeg vergeefs de aandacht. NASCHOK grootschalige energietechniek door middel van stoom altijd als een misser heb gezien. Een zekere moed kun je haar niet ontzeggen. En een zekere slimheid evenmin. Waar ze na de zwaargewichten Kohl en Schröder werd gezien als een lichtgewicht ontpopte Frau Merkel zich als een stevige tante die pragmatische besluiten neemt. Haar kalme en heldere toelichting op de beslissing om in Duitsland uit de kernenergie te stappen was indrukwekkend. Eigenlijk zei ze maar één zin: we stappen uit de kernenergie want het kan fundamenteel anders. Woorden uit de mond van een vrouw die ooit in de kernfysica begon. Ik zat verbluft te kijken. Sprak hier nu de “Bundeskanzlerin von Berlin” of het “Weibchen von Stavoren”? Europoort Kringen mei 2011. De naschokken van Fukushima rollen verder over de wereld en de tsunami van zorg en twijfel heeft inmiddels Europa bereikt. Na Zwitserland wil ook Duitsland afscheid nemen van kernenergie en er zijn diverse centrales stilgelegd. Het gaat me aan het hart want zelf heb ik me tientallen jaren voor deze vorm van energieopwekking ingezet. Het is en blijft een fantastische techniek en de afgelopen eeuw was een walhalla voor de vooruitgang in de wetenschap. Hoewel ik de omzetting naar De ramp in Fukushima was erger dan TEPCO het publiek wilde doen geloven. Natuurlijk hadden insiders al snel door dat het niet goed zat, maar in deze eeuw van TV en internet is dat nauwelijks nog relevant. Openheid en waarheid zijn de twee peilers waarop gecommuniceerd moet worden. Het brede publiek verliest in toenemende mate het vertrouwen en trekt op een gegeven ogenblik zijn eigen conclusies. Of het nu gaat om DSK of om EHEC-komkommers: 30 cm is genoeg om een hele sector in zijn hemd te zetten. Energie, banken of voeding, het maakt niet uit. Het draait allemaal om de cascade van kansen dat iets misgaat. Knappe koppen analyseerden in het verleden de kans dat ‘De Maeslantkering’ bij Maassluis niet dicht zou gaan bij een stormvloed. Dit fraaie staaltje van Hollands engineeringwerk moet uiteraard op het ‘moment suprême’ netjes sluiten. Het liet zich berekenen wat de faalkans was en hoe die kon worden gereduceerd door ontwerpmodificaties en periodiek testen. Wat me echter het meest boeide was de omkering in denken: wat is de kans dat de waterkering niet opengaat als hij eenmaal dicht is? De scheepvaart naar Rotterdam zou dan worden gestremd en dat zou een financiële ramp zijn. Maar ook de wateraanvoer uit de rivieren zou voor veel ellende zorgen. De analogie met Maassluis komt bij mij boven als ik aan de kerncentrale in Borssele denk. In mijn jonge jaren onderzocht ik een gecorrodeerd veiligheidsventiel van deze eenheid. Veiligheidsventielen zijn ontworpen om te openen zodra de druk 65 Pagina 33

Pagina 35

Scoor meer met een webshop in uw brochures. Velen gingen u voor en publiceerden artikelen online.

528 Lees publicatie 201Home


You need flash player to view this online publication