88 lage energie-inhoud en economische waarde en de wijze waarop ze ingezet kunnen worden: • De belangrijkste biomassastromen in het Binnenveld bestaan uit maaisel, hout en mest; • Alle geïnventariseerde biomassastromen hebben een lage energiedichtheid en kennen een grote negatieve economische waarde, in omvang. De belangrijkste stroom wordt gevormd door koeien-, varkens- en pluimveemest; deze komt geconcentreerd vrij in de stallen bij de boerderijen; • Hout en gras komen sterk verspreid over het landschap vrij, kennen hoge verzamel kosten en de totale hoeveelheden zijn relatief klein in • De biomassastromen zijn slechts om te zetten in een positieve waarde met relatief dure conversiesystemen, en veelal dankzij goed de zin dat kosten van verzameling hoog zijn (hout/gras) of dat de eigenaar bereid is om ervoor te betalen om zich van de biomassa te ontdoen (mest, maaisel); • De investering die met deze systemen gemoeid is, is hoog en gaat de financiële draagkracht van de biomassa-eigenaren vaak te boven. Alleen met een gunstig investerings klimaat is het mogelijk om deze investeringen te kunnen realiseren. Figuur 33: Waardeverloop biomassastromen. negatieve waarde biomassa productie landeigenaar agrariër positieve waarde SDE proces Proceseigenaar Verschillende mechanismen om geld te genereren met biomassa zijn geanalyseerd. • Biomassa heeft al een negatieve waarde; een bijdrage heffen op geproduceerde biomassa zou een negatief effect hebben op landschaps onderhoudswerkzaamheden; De belangrijkste conclusies zijn: • De aanwending van biomassa voor duurzame energie in het Binnenveld mag niet worden benadeeld ten opzichte van andere energie/ compost/ materialen gebruik van Rijkssubsidies voor duurzame energie (SDE+). Deze waardeontwikkeling is vereenvoudigd weergegeven in onderstaande figuur. • Bundelen van snoei- en maaiactiviteiten genereert weliswaar geen inkomsten, maar verlaagt de kosten; daarmee wordt het land• Met het instellen van een speciaal investeringsfonds dat bio-energie-investeringen in het Binnenveld mogelijk maakt, kunnen bioschapsonderhoud beter betaalbaar. Dit dient daarom te worden bevorderd (zie ook aanbevelingen); energieactiviteiten financieel haalbaar worden gemaakt waarbij voldoende revenuen worden gecreëerd om een bijdrage te leveren aan het onderhoud van het landschap. regio’s. Daarom dient te worden afgezien van heffing op de inkomsten uit energieopwekking van installaties in het Binnenveld; Pagina 98

Pagina 100

Voor brochures, online lesmateriaal en PDF's zie het Online Touch content management beheersysteem systeem. Met de mogelijkheid voor een webwinkel in uw PDF's.

522 Lees publicatie 198Home


You need flash player to view this online publication