De matrix laat zien dat over het algemeen de beloning voor de houtige en niet-houtige bos- en natuurproducten (1) kostendekkend of zelfs winstgevend is. De afnemer van deze producten en diensten is vaak ook de betaler. Deze betaler heeft veelal een één-op-éénrelatie met de producent (terreineigenaar). De fbeloning vindt plaats via marktmechanismen of in natura door ruil van producten, diensten en arbeid. Bij het belangrijkste product ‘rondhout voor de markt’ is het niet altijd duidelijk of de producent (terreineigenaar) voldoende beloning krijgt voor zijn product. Een veelgehoorde klacht onder terreineigenaren is dat de houtprijs laag is en dat houtoogst te weinig oplevert. Deze klacht komt voort uit het feit dat bosbeheerders in de verkoop van hout een middel zien om hun bosbeheer als geheel te financieren, dus inclusief andere producten en diensten die geleverd worden. Bij een multifunctioneel beheer is het vanzelfsprekend dat het beheer als geheel in de regel meer kost dan de houtoogst sec oplevert. In de houtprijs zit geen vergoeding voor de andere diensten en producten. De houtprijs wordt bepaald door de markt, en de markt betaalt momenteel alleen voor de grondstof hout an sich en niet voor de instandhouding en het beheer van het bos in brede zin (zoals de kosten voor openstelling). Met name in Nederland doet dit knelpunt zich voelen als gevolg van het multifunctionele karakter van bos en natuur. De diensten waarbij bos en natuur een fysieke locatie of decor bieden voor recreatieve en andere maatschappelijke activiteiten (2) (bijv. sport, wandelen, natuuronderwijs) worden over het algemeen niet of onvoldoende beloond. Uit de Provinciale Subsidieregeling Natuurbeheer (PSN, in de toekomst: Subsidiestelsel voor Natuur en Landschapsbeheer (SNL)) ontvangt de terreineigenaar weliswaar een onkostenvergoeding voor de openstelling van zijn terrein voor recreanten, maar vanuit beloningsoogpunt is er geen directe relatie met de afnemer van de diensten. Daarnaast worden kostenvariaties tussen regio’s voor het leveren van deze diensten momenteel niet voldoende onderkend. Er zijn weliswaar tal van beloningsconstructies denkbaar waarbij er een directe financiële beloning is vanuit de afnemer richting de terreineigenaar, maar deze beloningsconstructies komen in de praktijk niet of nauwelijks voor. Gebruikersgroepen zoals sport- en recreatieverenigingen beschouwen bos en natuur als publieke ruimte waarover men vanzelfsprekend en kosteloos moet kunnen beschikken. Deze claim heeft zich jarenlang zonder veel tegenkracht en hinder kunnen opbouwen tot het huidige niveau. Momenteel wordt er in het beheer en de inrichting van bos- en natuurterreinen nog onvoldoende vraaggericht gewerkt, d.w.z. afgestemd op de vragen vanuit de recreant en de omgeving. Hier liggen kansen voor de toekomst, zeker nu de beloning voor recreatie binnen de SNL-regeling onder druk lijkt te komen. De diensten waarbij bos en natuur een fysieke locatie bieden voor wonen, werken en andere economische activiteiten (3) worden over het algemeen voldoende beloond. Terreineigenaren krijgen een beloning uit de verhuur van hun terrein, de verhuur/erfpacht van woningen en de exploitatie van natuurcampings. echter, lang niet alle terreinbeheerders kunnen beschikken over dergelijke inkomstenbronnen. Tot slot valt op dat bij de organisatie van sportevenementen in 21 Pagina 29

Pagina 31

Voor magazines, online brochures en onderwijscatalogi zie het Online Touch content management system systeem. Met de mogelijkheid voor een webshop in uw reclamefolders.

476 Lees publicatie 170Home


You need flash player to view this online publication