• Om tot een effectief programma te komen, dat gaat leiden tot innovaties in de (beleids)praktijk is enerzijds ruimte nodig voor creatieve ideeën en experimenten, anderzijds een goede verankering in kringen van overheden en ondernemers. • Een grote inbreng uit de praktijk is noodzakelijk, daaronder wordt verstaan bijdragen vanuit creatieve beleidsmakers, innovatieve ondernemers, dierenartsen, NGO’s en kenniswerkers (consultants, onderwijs, onderzoek). Dit geldt zowel voor de fase van het genereren en verkennen van opties, als voor het opzetten en implementeren van experimenten. • Aan het programma, dat een looptijd zal hebben van 3 jaar, moet een aantal targets worden verbonden, zowel op het vlak van aantal en aard van ontwikkelde oplossingen als ten aanzien van de realisatie in de praktijk. • Het management van het innovatieprogramma berust bij een senior met autoriteit in het domein. Iemand met een primaire focus op innovatie (en niet op kennisontwikkeling), die in staat is nieuwe allianties te vormen en te laten werken en met gevoel voor politiek-bestuurlijke vraagstukken. Deze trekker heeft behoorlijke vrijheid van opereren bij de opzet van het proces en de keuze van de programmadeelnemers. • Begeleiding/aansturing vindt plaats door een kleine groep met innovatieve ondernemers, een NGO, de overheid en een creatieve buitenstaander. Het lijkt verstandig om de programmaleider te plaatsen in een (onafhankelijke) omgeving die gericht is op innovatie en ondernemers, en die tegelijkertijd dicht bij LNV zit. • Communicatie/kennisdoorstroming: De resultaten die in de loop van het programma beschikbaar komen zullen o.a. via de kanalen van LTO en KNMvD worden verspreid. De uitvoering van het programma vindt plaats onder verantwoordelijkheid van de directeur van InnovatieNetwerk. De overall programmabegeleiding is in handen van een programmamanager, ondersteund door een inhoudelijk expert. Er wordt een klankbordgroep ingesteld waarin innovatieve denkers en doeners op dit terrein zitting hebben op persoonlijke titel. De dagelijkse leiding berust bij de programmaleider, die de processen en activiteiten regisseert en uitvoert. LNV en brancheorganisaties worden periodiek geïnformeerd over de voortgang. Het programma kent enkele go/no go momenten. LNV en eventuele andere financiers zullen dan nadrukkelijk bij de besluitvorming worden betrokken. 7. Tijdschema De eerste drie fasen kunnen naar verwachting binnen drie jaar worden afgerond. De fasen O (Opschaling)en I (Implementatie) zijn binnen drie jaar niet haalbaar en zullen buiten de scope van dit programma vallen. De lead daarvoor ligt bij de ketens zelf. Mogelijk doen deze partijen nog wel een beroep op overheden voor specifieke ondersteuning, bijv. in de vorm van kennisontwikkeling, aanpassingen in regelgeving of garantiefondsen. Per sector kunnen er aanpassingen in het tijdschema fasering nodig zijn. 18 maart 2010 9 Pagina 8
Pagina 10Scoor meer met een online winkel in uw spaarprogramma. Velen gingen u voor en publiceerden kranten online.
406 Lees publicatie 101Home