2.2. Meer burgers in het buitengebied Het verdwijnen van duizenden boeren betekent dat beschikbare landbouwgrond in handen komt van een kleiner aantal boeren. De grond verliest daarmee dus niet zijn landbouwfunctie. Dat geldt wel voor de vrijkomende boerenerven. De gestopte boer blijft er wonen of hij verhuist en verkoopt zijn boerderij met erf aan iemand die niet komt om van de landbouw zijn broodwinning te maken, maar vanuit een behoefte aan rust, ruimte en landschappelijk schoon. Dit proces is in volle gang. Nieuwe bewoners kopen op grote schaal vrijkomende boerderijen. Momenteel heeft ongeveer de helft van alle boerderijen geen agrarische functie meer. Rond 2025 is zo’n 10 procent van de erven nog agrarisch. (bron: K. de Groot, 'Aard en Omvang erftransformaties', in 'Levende Erven', Atelier Overijssel 2007). De nieuwe bewoners stellen andere eisen aan hun woning en hun erf. Niet het economische belang staat voorop, maar het woongenot: een comfortabele woning omringd door veel landschappelijk schoon en frisse lucht. De verburgerlijking stelt het platteland voor nieuwe uitdagingen. Hoe kunnen de belangen van burgers en boeren met elkaar worden verenigd? Kan grootschalige landbouw samengaan met de belangen van burgers en met de belangen van cultuurhistorisch en landschapsontwikkeling? 19 Pagina 19
Pagina 21Heeft u een onderwijs catalogus, onlinemag of e-sportbladen? Gebruik Online Touch: clubmagazine digitaal bladerbaar maken.
402 Lees publicatie 100Home