Ontwikkeling door de tijd: van enkdorp naar groeikern Didam heeft zich vanaf de tweede helft van de 20e eeuw sterk ontwikkeld. De dorpskern is vanaf die periode gegroeid met nieuwe woonwijken en bedrijventerreinen. Daarbij is de infrastructuur aangepast. Aan de zuidzijde werd de A12 aangelegd, aan de oostzijde de A18 en aan de noordzijde een nieuwe provinciale weg (N813) die tevens als rondweg voor Didam functioneert. Door deze nieuwe wegen is de dorpskern min of meer los komen te liggen van het omliggende buitengebied. Veel van de oude, kleinschalige paden tussen het dorp, de omliggende gronden en buurtschappen zijn doorgesneden door de aanleg van nieuwe infrastructuur of later verdwenen. Daarbij heeft de ontwikkeling van het buitengebied ook niet stil gestaan. De landbouw is hier in de loop van jaren sterk veranderd, veel boeren zijn gestopt of hebben naast het (vaak kleine) agrarisch bedrijf nog een andere baan genomen. In 2000 was bijna de helft van alle agrarische bedrijven gestopt met de bedrijfsvoering. Van de blijvers heeft en hand vol grootschalige toekomstboeren zich vooral gehandhaafd aan de randen van het enkengebied, op de overgang naar de meer grootschalige en vruchtbare komgronden. De enkgronden zijn nog steeds grotendeels in agrarisch gebruik, maar steeds meer als ‘de achterkant in de bedrijfsvoering’: hier liggen nu bijvoorbeeld veel maïs- en maaipercelen. De koeien grazen vooral in de komgronden, aan de randen van gebied. In de overgangszones zijn in de loop van de jaren veel beplantingselementen en bosgebieden verdwenen. Op de vrijgekomen even en de omliggende gronden hebben zich nieuwe, vaak niet agrarische functies ontwikkeld, zoals nieuwe woningen, ambachtsbedrijven, transport- en opslag met daarom heen weides met heel veel paarden en andere hobbydieren. Het voorheen agrarische landschap is veel pluriformer geworden. Dit heeft echter nog tot weinig (nieuwe) kwaliteiten van het buitengebied geleid. Het buitengebied maakt nu overwegend een vrij schrale, rommelige indruk. Er bestaat weinig samenhang tussen alle ontwikkelingen. Daarbij vallen de vele hekken in het buitengebied op. Er zijn zeker ook mooie plekken, erven, bosgebiedjes, wandelroutes en laantjes te vinden. Deze bieden aanknopingspunten om op voort te bouwen. 1900/CENTRAAL GELEGEN DORPSKERN, OMGEVEN DOOR ENKEN MET BUURTSCHAPPEN OP DE FLANKEN 1970/DIDAM GROEIT MET NIEUWE WOONWIJKEN, MAAR IS NOG ONDERDEEL VAN DE FIJNMAZIGE LANDSCHAPSSTRUCTUUR 1980/START VAN DE AANLEG VAN DE RONDWEG (N813), DIDAM VERLIEST AANSLUITING OP LANDSCHAP, NIEUWE WIJKEN GEBOUWD VOLGENS DE STEDELIJKE WIJK GEDACHTE ZIJN IN ZICHZELF GEKEERD 2005/DIDAM HEEFT DE ENK GROTENDEELS OPGESLOKT, HET BUITENGEBIED IS LOS KOMEN TE LIGGEN VAN DE DORPSKERN MET DE WOONWIJKEN 19 HOOFDSTUK 2 GEBIEDSANALYSE: DE DORPSRAND VAN DIDAM GEZOND LANDSCHAP VISIE OP HET BUITENGEBIED VAN DIDAM Pagina 18

Pagina 20

Heeft u een mailing, youcanflip of web jaarverslagen? Gebruik Online Touch: PDF bladerbaar maken.

526 Lees publicatie 200Home


You need flash player to view this online publication