2.7 Systeemkeuze Op basis van de uitgevoerde testen kunnen de volgende conclusies worden getrokken voor de uitvoering van de mestraffinaderij: • Het gebruik van een schroefpers voor de eerste mest scheiding geeft een te hoog drogestofgehalte voor de dikke fractie. Daardoor wordt verdere verwerking problematisch. Beter is het om de mest te scheiden met een dubbeldekstrilzeef, omdat de dikke fractie dan nog is te verpompen. • Het indikken van de dunne mest uit de voorscheiding via omgekeerde osmose leidt tot een concentraat dat te viskeus is om er, via strippen, ammoniak uit te winnen. Daarom moet de volgorde worden omgedraaid en moet er eerst worden gestript. Als decentraal op boerderijniveau de mest wordt gescheiden en ontwaterd, dan is dat een probleem. In dat geval kan echter op een centrale faciliteit de dunne fractie van die locatie toegevoegd worden aan het waterige deel (“ brijn”) van de decentrale locatie(s). Dat kan een mengsel opleveren dat voldoende vloeibaar is om te kunnen strippen. • Het permeaat uit de omgekeerde osmose is niet zuiver genoeg voor lozen of hergebruik, omdat het ammoniumgehalte nog te hoog is. Een tweede omgekeerde osmose is nodig om de kwaliteit te verbeteren. Als eerst ammoniak wordt verwijderd door strippen van de dunne fractie en pas daarna de omgekeerde osmose, dan zal het permeaat minder geel zijn en waarschijnlijk ook niet meer naar ammoniak ruiken. Volgens Envimac wordt immers 98 procent van de ammoniak verwijderd door strippen. • Voor de systeemkeuze is het goed om een optie uit te werken waarbij het hele proces centraal wordt uitgevoerd en een optie waarbij op de helft van de deelnemende bedrijven de voorscheiding en omgekeerde osmose op bedrijfsniveau wordt uitgevoerd. • Ammoniak uit de stripinstallatie wordt ’s zomers direct als gas afgevoerd naar de algenvijver. Omdat de stikstofbehoefte van de algen in de winter vrijwel nihil is, zal er voor die periode wel een adsorber nodig zijn in de vorm van zuur of water, als tussenopslag. • De scheiding van digestaat in een droge en natte fractie gebeurt met een combinatie van een trilzeef en schroefpers. Dat levert een dunne fractie op die het merendeel van het fosfaat bevat en weinig zwevend materiaal. • Via doseren van kalkmelk wordt het fosfaat neergeslagen en afgescheiden in een bezinktank. Verdere ontwatering van het neerslag gebeurt in een kleine decanteercentrifuge. • Om geen onverwerkbaar residu over te houden, worden de dikke fractie uit de schroefpers en de dunne fractie, die overblijft als het bezinksel is verwijderd, bij elkaar gevoegd en gedroogd op een banddroger. Dit product kan worden verkocht als kunstmest dan wel worden toegeleverd aan een kolenvergassingsinstallatie voor co-vergassing. Het gedroogde digestaat bevat namelijk nog een hoog gehalte organische stof. Nieuw in deze configuratie (zie figuur 16 voor het stroomschema) is het drogen van de dikke en de dunne fractie die overblijven na de 27 Pagina 35

Pagina 37

Heeft u een folder, you can flip of online PDF's? Gebruik Online Touch: whitepaper bladerbaar maken.

483 Lees publicatie 173Home


You need flash player to view this online publication